


Boekweit was eeuwenlang een groot gewas in Nederland. Het groeit hier goed en probleemloos.
Voordelen van boekweit
Er zijn geen chemische middelen nodig om tot een oogstbaar gewas te komen, zoals die bij andere gewassen vaak noodzakelijk zijn.
Boekweit helpt om dat gebrek aan diversiteit te doorbreken.
LLees meer
Een groot probleem van de Nederlandse akkerbouw is de vaak zeer smalle basis van een aantal gewassen die op een bedrijf geteeld worden, waardoor er nauwelijks vruchtwisseling is, waardoor er veel ziekten optreden, specifieke probleemonkruiden de kop opsteken en de bodem en de diversiteit verschraalt. Een gewas als boekweit, uit een hele andere plantenfamilie dan de overige akkerbouwgewassen, helpt om dat gebrek aan diversiteit te doorbreken.
Goed voor insecten, vogels en kleine zoogdieren
Boekweit is een gewas dat heel veel insecten aantrekt en daarmee ook weer insectenetende vogels en kleine zoogdieren. Als langstbloeiend gewas is boekweit een verrijking van het landschap Korte productielijn
Nederland importeert jaarlijks voor tientallen miljoen euro’s aan boekweit. Met al die positieve kenmerken van het gewas, is het logisch om de boekweit zoveel mogelijk uit eigen omgeving te halen, in plaats van uit Oost-Europa of China. De relatie tussen de omgeving en wat er op het bord komt, wordt daarmee een klein beetje hersteld.
En het is nog voedzaam en lekker ook!

Geschiedenis van boekweit in Nederland
Boekweit komt oorspronkelijk uit Centraal Azië. De oudste vondsten van boekweit in ons land, dateren al van voor de jaartelling. Aan het eind van de Middeleeuwen werd op de (oostelijke) zandgronden in met name Noord-Brabant, Gelderland en Drenthe boekweit geteeld en gegeten. Later ook veel op de veengronden, die afgegraven werden voor turfwinning. Vijf eeuwen lang was boekweit het basisvoedsel in Nederland, tot de 2e helft van de 19e eeuw. Vincent van Gogh schilderde in 1885 een boerengezin in Nuenen, Noord-Brabant: De Aardappeleters. Veertig jaar daarvoor was het waarschijnlijk ‘De Boekweiteters’ geweest. In 1850 werd er nog een areaal van 130.000 ha boekweit geteeld. Dat komt overeen met twee keer het totale areaal van de Noordoostpolder. In de 2e helft van de 19e eeuw verdrong de aardappel de boekweit van het veld en van het bord. De opbrengst van aardappel was veel groter per hectare. Er was daardoor veel meer te eten , waardoor de gezinnen van de kleine, arme boeren ook veel groter werden en de Nederlandse bevolking snel groeide.

De Brabantse Grijze Zandboekweit
Vroeger werden er landrassen geteeld. Van de Nederlandse landrassen is alleen de Brabantse Grijze Zandboekweit overgebleven en (heel) misschien ook de Staphorster Zwarte Veenboekweit. De Brabantse hebben we onderzocht en vermeerderd. Nu wordt die verder gesorteerd en geselecteerd totdat we het ras weer zuiver hebben. Het letterlijk en figuurlijk handvol aan zaden van de Staphorster Veenboekweit wordt de komende tijd onderzocht en indien mogelijk vermeerderd.

Boekweit, bodem en biodiversiteit van boekweit in Nederland
Boekweit is zowel landbouwkundig als voor de natuurwaarde zeer interessant. Honingbijen, maar ook wilde bijen, hommels, vlinders en zweefvliegen worden aangetrokken. Boekweit behoeft weinig of geen bemesting en geen insecticiden, fungiciden en herbiciden. Kenmerk van de boekweitteelt is dat het relatief laat wordt gezaaid (na IJsheiligen, medio mei) en tot aan de oogst (2e helft augustus) uitbundig bloeit. In augustus kent het gewas een open structuur waardoor het een geschikte habitat is voor loopkevers eneen prima schuil en foerageer gelegenheid biedt voor akkervogels.
Bovendien is het goed voor de bodem, er is geen overdracht van bodemgebonden ziekten, de beworteling is goed en de bemestingsbehoefte laag. Het stro blijft versnipperd achter op het land en draagt bij aan de organische stoftoevoer in de bodem.De onkruiddruk is over het algemeen gering (geen gangbaar cultuurgewas in Nederland).
De USP's op een rij:
De USP's op een rij:
Behoeft geen insecticiden, fungiciden of herbiciden
Behoeft beperkte grondbewerking en kent weinig onkruiddruk
Uitbundige bloei gedurende 7 á 8 weken van eind juni tot oogst 2e helft augustus
Open structuur
Hiermee is het een gewas dat uitstekend past ter ondersteuning van de Patrijs. Patrijzen kunnen tot diep in augustus eieren leggen en zodoende is er later in het seizoen ook behoefte aan insecten.




